Nieuws-detail -

ARBEIDSOVEREENKOMST kan niet gedeeltelijk worden ontbonden, maar kan wel gedeeltelijk eindigen. Tijdstip beoordeling feiten en omstandigheden in hoger beroep

30 maart 2020 - Arbeidsrecht nieuws

 

Inleiding

De uitspraak van de Hoge Raad van 21 februari 2020 gaat over de vraag of een arbeidsovereenkomst gedeeltelijk kan worden ontbonden of op een andere wijze gedeeltelijk kan worden beëindigd. De Hoge Raad laat zich ook uit over de vraag of de rechter in hoger beroep de feiten en omstandigheden ten tijde van de beslissing van de kantonrechter ('ex tunc') of ten tijde van de beslissing in hoger beroep ('ex nunc') moet beoordelen. De feiten zijn –samengevat- als volgt; een werkneemster van een schoonmaakbedrijf 'Victoria' werkt op twee locaties op de Universiteit van Wageningen; locatie Rundvee en locatie Pluimvee. Zij wordt voor haar aanstelling op locatie Rundvee herplaatst naar een andere locatie 'ASG'. De werkzaamheden op locatie Pluimvee wijzigen niet. De werkneemster laat weten dat locatie ASG voor haar onbereikbaar is met de haar ter beschikking staande vervoermiddelen. Zij verschijnt niet op haar werk en neemt verder geen initiatieven. Na vergeefse pogingen om tot een oplossing te komen vraagt Victoria o.a. om de (gehele) arbeidsovereenkomst met de werkneemster te ontbinden.

De kantonrechter en het hof

De kantonrechter heeft het verzoek van Victoria afgewezen. Volgens de kantonrechter heeft de werkneemster niet verwijtbaar gehandeld en van een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding is geen sprake, zodat er geen redelijke grond is voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Het hof daarentegen heeft de beschikking van de kantonrechter vernietigd en bepaald dat de arbeidsovereenkomst eindigt en hij ontbindt de arbeidsovereenkomst. Victoria had de bevoegdheid om de werkneemster over te plaatsen. Als uitgangspunt geldt dan ook dat de werkneemster de wijziging van de werkplaats ('Rundvee' naar 'ASG') binnen redelijke grenzen dient te accepteren. De werkneemster heeft niets gedaan en zij heeft ook niet inhoudelijk gereageerd op de andere voorstellen die Victoria heeft gedaan, ook niet na de beschikking van de kantonrechter. Dat geen invulling kan worden gegeven aan (het resterende deel van) de arbeidsovereenkomst bij ASG is te wijten aan de houding van de werkneemster. Het verzoek van de werkneemster om de arbeidsovereenkomst gedeeltelijk te beëindigen wijst het hof af omdat de arbeidsovereenkomst ondeelbaar is.

De Hoge Raad

De werkneemster legt de beslissing van het gerechtshof ter toetsing voor aan de Hoge Raad Volgens haar heeft het hof ten onrechte overwogen dat de arbeidsovereenkomst ondeelbaar is en niet gedeeltelijk kan worden ontbonden of beëindigd. De Hoge Raad overweegt echter dat de wettelijke regeling van de arbeidsovereenkomst niet voorziet in gedeeltelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de rechter.

Volgens de Hoge Raad is het wel mogelijk dat een arbeidsovereenkomst door, of op initiatief van partijen op andere manieren gedeeltelijk kan worden beëindigd. Partijen kunnen (i) schriftelijk overeenkomen de arbeidsovereenkomst gedeeltelijk te beëindigen. Ook is het mogelijk dat (ii) een algeheel ontslag wordt gevolgd door een nieuwe, aangepaste arbeidsovereenkomst. (iii) De arbeidsovereenkomst kan gedeeltelijk worden ontbonden op grond van een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst. Daarnaast (iv) kan de werknemer gehouden zijn in te stemmen met een voorstel van de werkgever tot wijziging van de arbeidsovereenkomst. Bovendien kan (v) de werkgever op grond van de Wet flexibel werken of op grond van goed werkgeverschap gehouden zijn met een daartoe strekkend voorstel van de kant van de werknemer in te stemmen. Ten aanzien van deze laatste mogelijkheid (v) overweegt de Hoge Raad dat een voorstel tot wijziging van de arbeidsovereenkomst door de werknemer ook voorwaardelijk – als verweer of als tegenverzoek – kan worden gedaan in het kader van een ontbindingsprocedure waarin de werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft verzocht op de voet van art. 7:671b BW. Onder omstandigheden kan dit ertoe leiden dat daarmee de door de werkgever aangevoerde grond voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst komt te vervallen. In dat geval zal het ontbindingsverzoek van de werkgever moeten worden afgewezen.

Tijdstip beoordeling

De werkneemster heeft ook geklaagd dat het hof ten onrechte zijn beslissing om de arbeidsovereenkomst te beëindigen heeft gebaseerd op feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan nadat de kantonrechter het ontbindingsverzoek had afgewezen (en de arbeidsovereenkomst voortduurde). Hierover overweegt de Hoge Raad dat de rechter in hoger beroep (bij voortduring van de arbeidsovereenkomst) heeft te oordelen naar de toestand zoals die zich voordoet ten tijde van zijn beslissing. Het hof behoort dus in dit geval in hoger beroep aan de hand van de hem ten tijde van zijn beslissing bekende feiten en omstandigheden te beoordelen of het ontbindingsverzoek van de werkgever ten onrechte is afgewezen ('ex nunc'). De Hoge Raad heeft de uitspraak van het hof in stand gelaten en het beroep van de werknemer verworpen.

In een op 21 februari 2020 door de Hoge Raad gewezen uitspraak in een andere zaak oordeelt de Hoge Raad over de situatie waarin de arbeidsovereenkomst door een beschikking van de kantonrechter was ontbonden en daadwerkelijk een einde is gekomen aan die overeenkomst, ook al wordt tegen deze beschikking hoger beroep ingesteld. Hoger beroep kan niet ertoe leiden dat de ontbinding van de arbeidsovereenkomst met terugwerkende kracht wordt vernietigd. Indien de rechter in hoger beroep tot het oordeel komt dat het ontbindingsverzoek van de werkgever ten onrechte is toegewezen, kan hij de overeenkomst wel, al dan niet met ingang van een tijdstip in het verleden, herstellen (of de werkgever daartoe verplichten), maar daarover dient hij afzonderlijk te beslissen. Met dit stelsel is niet verenigbaar dat de rechter in hoger beroep op grond van feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de ontbindingsbeschikking van de kantonrechter zou kunnen oordelen dat de arbeidsovereenkomst ten onrechte is ontbonden. In hoger beroep moet de vraag of het verzoek van de werkgever om ontbinding van de arbeidsovereenkomst terecht is toegewezen (en de arbeidsovereenkomst is geëindigd) dan ook worden beoordeeld naar de toestand ten tijde van de beslissing van de kantonrechter ('ex tunc').

Voor meer informatie of advies over dit onderwerp kunt u contact opnemen met Paul Beekman  (tel: 010-7504475 of e-mail pb@thladvocaten.nl).

Deel dit artikel:

De sharefunctionaliteit is niet beschikbaar omdat de cookies zijn uitgeschakeld. Kunnen cookies weer worden geactiveerd?

Terug naar vorige pagina
Wij gebruiken cookies om de ervaring op onze website te verbeteren, statistieken bij te houden en je toegang te geven tot onze social media.
Door gebruik te maken van deze website of door op akkoord te drukken, ga je akkoord met ons cookiebeleid. Je kan cookies ook niet accepteren.